Damasceense
- Geluid: Damasceense (hulp, bestand)
- Da·mas·ceen·se
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Damasceense | Damasceensen |
verkleinwoord |
de Damasceense v
- (demoniem) een inwoonster van Damascus, of iemand afkomstig uit Damascus
Demoniemen bij Damascus in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Damasceen, Damascener • inwoonster: Damasceense • bijvoeglijk: Damasceens, Damascener |
1. een inwoonster van Damascus
Damasceense
- verbogen vorm van de stellende trap van Damasceens
- Het woord 'Damasceense' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.