Ceylonese honingvogel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  Ceylonese honingvogel    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• Cey·lo·ne·se ho·ning·vo·gel

Woordherkomst en -opbouw

• verbinding van  Ceylonese  en honingvogel

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	Ceylonese honingvogel	Ceylonese honingvogels
verkleinwoord	Ceylonees honingvogeltje	Ceylonese honingvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

de Ceylonese honingvogel m

1. (zangvogels) Dicaeum vincens  een zangvogel uit de familie Dicaeidae  (bastaardhoningvogels). Deze soort is endemisch in zuidwestelijk Sri Lanka

Hyperoniemen

• bastaardhoningvogels, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'Ceylonese honingvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.