Caribische lantaarnhaai
- (IPA in voorbereiding)
- Ca·ri·bi·sche lan·taarn·haai
- verbinding van Caribische en lantaarnhaai
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Caribische lantaarnhaai | Caribische lantaarnhaaien |
verkleinwoord | Caribisch lantaarnhaaitje | Caribische lantaarnhaaitjes |
de Caribische lantaarnhaai m
- (kraakbeenvissen) Etmopterus hillianus een vis uit de familie Etmopteridae (volgens oudere inzichten de familie Dalatiidae ) en behoort in elk geval tot de orde van doornhaaiachtigen (Squaliformes ). De vis kan een lengte bereiken van 50 centimeter
- lantaarnhaaien, doornhaaiachtigen, haaien, haaien en roggen, kraakbeenvissen, kaakdieren, gewervelden, chordadieren, dieren
- Het woord 'Caribische lantaarnhaai' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.