Akkumulation
Duits
Uitspraak
- IPA: /akumulaˈʦi̯oːn/
Woordafbreking
- Ak·ku·mu·la·ti·on
Zelfstandig naamwoord
Akkumulation v
- accumulatie
- «Es gibt eine Akkumulation von Schadstoffen in der Luft.»
- Er is een accumulatie van schadelijke stoffen in de lucht.
- «Es gibt eine Akkumulation von Schadstoffen in der Luft.»
- (economie) een opeenhoping van productiemiddelen of vermogen.
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | die Akkumulation | die Akkumulationen |
genitief | der Akkumulation | der Akkumulationen |
datief | der Akkumulation | den Akkumulationen |
accusatief | die Akkumulation | die Akkumulationen |