Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • 0-ja·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstellende afleiding van 0 en  jaar zn  met het achtervoegsel -ig
stellend
onverbogen 0-jarig
verbogen 0-jarige
partitief 0-jarigs

Bijvoeglijk naamwoord

0-jarig

  1. met de leeftijd van 0 jaar
    • Verstandige ouders melden hun 0-jarig kind alvast aan op de basisschool van hun voorkeur. 
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid