Simosyrphus grandicornis, Australië
  • (IPA in voorbereiding)
  • zweef·vlieg
enkelvoud meervoud
naamwoord zweefvlieg zweefvliegen
verkleinwoord zweefvliegje zweefvliegjes

de zweefvliegv / m

  1. (tweevleugeligen) een vlieg uit de familie Syrphidae   van insecten uit de orde vliegen en muggen of tweevleugeligen (Diptera). In Nederland zijn 363 soorten zweefvliegen waargenomen, 303 daarvan worden als inheems beschouwd. Sommige andere vliegenfamilies vertonen gelijkende kenmerken, zoals de familie van de wolzwevers (Bombyliidae)
vervoeging van
zweefvliegen

zweefvlieg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zweefvliegen
    • Ik zweefvlieg. 
  2. gebiedende wijs van zweefvliegen
    • Zweefvlieg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zweefvliegen
    • Zweefvlieg je?