Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zorg·aan·bie·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zorgaanbieder zorgaanbieders
verkleinwoord zorgaanbiedertje zorgaanbiedertjes

Zelfstandig naamwoord

de zorgaanbiederm

  1. (medisch) een organisatie die zorg levert.
    • De zorgaanbieder was toegespitst op fysiotherapie. 
    • Hoe zorgaanbieders miljoenen verdienen ondanks het winstverbod [1] 

Meer informatie

Verwijzingen

Gangbaarheid