zojuist
- zo·juist
- samenstelling van zo en juist
zojuist
- korte tijd geleden
- Ik heb dat zojuist op de post gedaan.
- ▸ Daar verdeelde ik de volgende paar uur ontelbare zojuist gekochte producten in grote postdozen.[1]
korte tijd geleden
- Het woord zojuist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zojuist" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be