zilverspiegel
- zil·ver·spie·gel
- samenstelling van zilver en spiegel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zilverspiegel | zilverspiegels |
verkleinwoord | zilverspiegeltje | zilverspiegeltjes |
de zilverspiegel m
- (scheikunde) een laag op glas afgezet elementair zilver dat een spiegel vormt
- We maakten met Tollens' reagens een zilverspiegel en toonden daarmee de aanwezigheid van een aldehyde aan.
- Het woord 'zilverspiegel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.