• ziels·al·leen
stellend
onverbogen zielsalleen
verbogen
partitief zielsalleens

zielsalleen

  1. helemaal alleen, in alle eenzaamheid
     Een groep bergbeklimmers wist niet wat ze zag toen ze de top van de hoogste berg van het Poolse Tatra-gebergte bereikte. Een bange, verkleumde hond zat er zielsalleen en verlaten bij. Met touwen en kettingen wisten ze het beest naar beneden te brengen.[1]
     Toen ik zielsalleen op de berg fietste heb ik alleen mijn vriendin even gebeld en Marie-Ceciel, dat was heel fijn.[2]



  1.   Weblink bron “Achtergelaten hond gered van hoogste berg in Polen” (0-06-2015), Tubantia
  2.   Weblink bron
    Annerieke van der Krift
    “Nierpatiënt Marie-Ceciel uit Zwolle staat BN’ers bij in Tour de Celeb: Het was overweldigend” (24-07-2019), Tubantia