zet klaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zet klaar    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈzɛt ˈklar / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• zet klaar

Woordherkomst en -opbouw

• uit zet (werkwoord) en klaar (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
klaarzetten

zet (…) klaar

1. enkelvoud tegenwoordige tijd van klaarzetten
2. gebiedende wijs van klaarzetten

Gangbaarheid

• Het woord zet klaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.