zeehondenvirus
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zeehondenvirus (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzehɔndə(n)ˌvirʏs / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- zee·hon·den·vi·rus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeehondenvirus | zeehondenvirussen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het zeehondenvirus o
- (virussen) ziekteverwekker die met name zeehonden treft, Phocine morbillivirus
- ▸ Het aantal slachtoffers van het zeehondenvirus onder de zeehonden in de Nederlandse wateren is opgelopen tot meer dan 1.500.[1]
Synoniemen
Verwante begrippen
- zie de categorie Virussen in het Nederlands
Gangbaarheid
- Het woord zeehondenvirus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Aantal dode zeehonden stijgt” (21 september 2002) op nrc.nl