zedenverwildering
- ze·den·ver·wil·de·ring
- samenstelling van zede en verwildering met het invoegsel -n-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zedenverwildering | zedenverwilderingen |
verkleinwoord | - | - |
de zedenverwildering v
- de teloorgang van algemeen aanvaarde normen en waarden, met name op seksueel gebied
- De langdurige oorlog bracht een grote zedenverwildering met zich mee.
- Het woord zedenverwildering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.