Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wind·gat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord windgat windgaten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het windgato

  1. een grote lege plaats waar het altijd waait
    • ,,Dit seizoen verloopt als een sprookje", vertelt Van la Parra. Van overdrijving is geen sprake. Huddersfield Town gold als een windgat in West-Yorkshire, een van de lelijkste eendjes uit het Engelse voetbal. Wie arriveerde bij het troosteloze John Smith's Stadium, sloeg een diepe zucht bij de aanblik van vrijwel lege tribunes. Vorig seizoen ontsnapte de club ternauwernood aan degradatie uit het Championship. [2] 
    • Doordat een schepenbouwer uit Gelderland het zeewaardige jacht Elling E4 beschikbaar stelde kan Van Munster zijn kunstproject alsnog uitvoeren. Hij koos niet zomaar voor een gekapseisd schip. 'Ik stond op het Gustav Mahlerplein en werd getroffen door hoe kaal het plein is, zo tussen die enorme gebouwen van bedrijven die in de top van het bedrijfsleven actief zijn. Het is een windgat. [3] 
    • “Er was veel aflandige wind, en veel windgaten en drukverschillen. Ik voelde me vrij snel, ging ook snel, maar kon niet echt in de flow komen. Een achtste plek is niet waar ik op had gehoopt. Gonzalo (Costa Hoevel – red.) zat er wel helemaal in, en heeft de titel echt verdiend.” aldus Casper Bouman. [4] 
Synoniemen

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[5]


Verwijzingen