doos gemaakt van wengé
  • wen·gé
  • vermoedelijk uit een Afrikaanse taal [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord wengé
verkleinwoord

het wengéo

  1. (materiaalkunde) bruinzwart, Afrikaans hardhout
40 % van de Nederlanders;
27 % van de Vlamingen.[2]