wendbaar
- wend·baar
- Naamwoord van handeling van wenden met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | wendbaar | wendbaarder | wendbaarst |
verbogen | wendbare | wendbaardere | wendbaarste |
partitief | wendbaars | wendbaarders | - |
wendbaar
- dat het makkelijk van richting kan veranderen
- Door de korte draaicirkel hebben we hier een van de meest wendbare auto's die ooit gemaakt is.
- Het woord wendbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wendbaar" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be