welton
- wel·ton
- samenstelling van wel ww en ton zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | welton | weltonnen |
verkleinwoord | weltonnetje | weltonnetjes |
de welton m
- (waterbeheer) ton zonder een bodem met daarop een pijp voor het bedwingen van een wel
- ▸ ⧖ Een oud, veelvuldig toegepast middel is daar: het om kuipen van de wel. Daartoe wordt een vat zonder bodem of een wijde buis om met weltonnen. de wel in den grond gedrukt en rondom de omkuiping goede klei vast aangetrapt. Soms kan de omkuiping worden verhoogd door er een nauwere hooger reikende buis in te zetten en in de kuip op een onderlaag van grind of steenslag, klei of mest vast aan te stampen en te belasten. Soms ook worden speciale vaten, z.g. weltonnen gebruikt, die aan de bovenzijde gesloten zijn. Door het deksel steekt een open pijp, waarin het water dus kan opstijgen. De weltonnen moeten tegen opdrijven worden belast.[1]
- Het woord 'welton' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron T. Huitema“Dijken langs zee, rivieren en kanalen” (1947), Kosmos, p. 208