weghelpen
- weg·hel·pen
- samenstelling van weg bw en helpen ww
weghelpen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
weghelpen |
hielp weg |
weggeholpen |
klasse 3 | volledig |
- iets of iemand helpen bij het weggaan van een zekere plaats
- Sergio Conceiçao moet Nantes weghelpen van de onderste plaatsen in de Franse voetbalcompetitie. [2]
- kinderen helpen bij het naar school gaan
- "Je kunt niet anders", zegt Tjeerd Delsing (44), handelaar in onroerend goed en vader van vier kinderen tussen de vijf en twaalf jaar. Zijn vrouw Eta (40) heeft zich volledig aan het moederschap gewijd, maar Tjeerd is verantwoordelijk voor 'de ochtend': het aankleden, het ontbijt, de broodtrommels, het weghelpen. [3]
- Het woord weghelpen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "weghelpen" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Telegraaf 8 december 2016 Sergio Conceiçao moet Nantes redden
- ↑ NRC J. Chorus 16 augustus 1999 Veel kinderen krijgen is weer in
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be