waanbeeld
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- waan·beeld
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van waan en beeld
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waanbeeld | waanbeelden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het waanbeeld o
- (denk)beeld dat men voor werkelijk houdt maar het aantoonbaar (voor anderen) niet is
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord waanbeeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "waanbeeld" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be