vrijmetselarij
- vrij·met·se·la·rij
- samenstelling van vrij en metselarij
- afgeleid van vrijmetselaar met het achtervoegsel -ij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vrijmetselarij | - |
verkleinwoord | - | - |
- (filosofie) niet-religieuze broederschap op humanistische grondslag
- Het woord vrijmetselarij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vrijmetselarij" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be