vredevol
- vre·de·vol
- samenstelling van vrede en vol
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vredevol | vredevoller | vredevolst |
verbogen | vredevolle | vredevollere | vredevolste |
partitief | vredevols | vredevollers | - |
vredevol
- met veel vrede
- Het was een rustige vredevolle camping waar de oudere mensen naar toegingen.
- Het leger kwam met vredevolle bedoelingen naar het rampgebied om de inwoners te redden van de dood.
- Het woord vredevol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.