Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
voorschoot
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
1.4
Zelfstandig naamwoord
1.4.1
Synoniemen
1.5
Gangbaarheid
1.6
Meer informatie
1.7
Verwijzingen
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
voorschoot
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
voor·schoot
Werkwoord
vervoeging van
voorschieten
voorschoot
(in een bijzin)
enkelvoud verleden tijd van
voorschieten
... dat ik
voorschoot
.
... dat jij
voorschoot
.
... dat hij, zij, het
voorschoot
.
enkelvoud
meervoud
naamwoord
voorschoot
voorschoten
verkleinwoord
voorschootje
voorschootjes
Zelfstandig naamwoord
voorschoot
m
/
o
(
kleding
)
lap stof die ter bescherming van andere kleding voor de schoot gebonden wordt
Nu eerst vraagde ik: Lysje, wilt gy my hebben? -- Zy wierd rood tot over de ooren, hield de
voorschoot
voor de oogen, gaf my een hand, en zeide ja!
[
1
]
Synoniemen
schort
Gangbaarheid
Het woord
voorschoot
staat in de
Woordenlijst Nederlandse Taal
van de Nederlandse Taalunie.
In
onderzoek uit 2013
van het
Centrum voor Leesonderzoek
werd "voorschoot" herkend door:
75 %
van de Nederlanders;
84 %
van de Vlamingen.
[
2
]
Meer informatie
Zie
Wikipedia
voor meer informatie.
Verwijzingen
↑
Maria Muller. Uit het Hoogduitsch vertaals door J.F.N. te Westzaandam by H. vam Aken en te Amsteldam by J.F. Nieman 1901. In: Vaderlandsche letter-oefeningen of tijdschrift van kunsten en wetenschappen, Van der Kroe, 1802
↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019
“Word Prevalence Values” op ugent.be