voorkeurshuwelijk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- voor·keurs·hu·we·lijk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van voorkeur en huwelijk met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voorkeurshuwelijk | voorkeurshuwelijken |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het voorkeurshuwelijk o
- soort huwelijk waaraan de voorkeur wordt gegeven b.v. in sommige culturen tussen neef en nicht
Gangbaarheid
- Het woord 'voorkeurshuwelijk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.