voorhebben
- Geluid: voorhebben (hulp, bestand)
- voor·heb·ben
- samenstelling van voor en hebben
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
voorhebben |
had voor |
voorgehad |
onregelmatig | volledig |
- overgankelijk van plan zijn, voornemens zijn
- Het woord voorhebben staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voorhebben" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be