Een vlechtbrood
  • vlecht·brood
enkelvoud meervoud
naamwoord vlechtbrood vlechtbroden
verkleinwoord - -

het vlechtbroodo

  1. (kookkunst) meelproduct gemaakt door het bakken van om elkaar gewikkelde strengen meeldeeg
     In Duitsland is het vlechtbrood op Allerheiligen een traditie.[3]
     Later sneed zij zich de haren af en offerde de haar vlecht, die weer vervangen werd door een schijnoffer in deegvorm, het vlechtbrood.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. vlechtbrood op website: Etymologiebank.nl
  3.   Weblink bron
    André Delcart
    “Winterfeesten en gebak: mythen, folklore en tradities” (2007), Cyclus, Antwerpen / Apeldoorn, ISBN 9789085750093, p. 16
  4.   Weblink bron
    Sassen, Jan (ed.)
    “De katholieke encyclopaedie. Deel 12” (1935), Joost van den Vondel, Amsterdam, p. 600 kol. 2