Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vis·te zwart
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
zwartvissen

viste (…) zwart

  1. enkelvoud verleden tijd van zwartvissen
    • Ik viste zwart. 
    • Jij viste zwart. 
    • Hij, zij, het viste zwart. 

Gangbaarheid