visakte
- vis·ak·te
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | visakte | visaktes visakten |
verkleinwoord |
- schriftelijk bewijs dat men ergens als hobbyist mag hengelen
- De leden van de GHV kunnen uiteraard in de Kloostertuin blijven vissen met een geldige visakte. [2]
- Het echtpaar zou onder meer een abonnement op de schouwburg ontvangen, een visakte én de wasmachine, in die jaren nog een verbluffend wonder van moderne technologie. [3]
- Internetondernemer Andrew Conru was er vroeg bij. Hij richtte FriendFinder op in 1996, lang voordat we profielen aanmaakten op Facebook, Tinder of Grindr. Het schijnt dat Conru oorspronkelijk een site bouwde om vismaatjes te vinden. Al snel werd het netwerk gebruikt voor volwassen activiteiten waarvoor geen visakte nodig is. [4]
- Het woord visakte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "visakte" herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
55 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 03-11-11 GHV luidt noodklok over Grolse gracht
- ↑ Het Parool PATRICK MEERSHOEK 13 DECEMBER 2016 Eerste bewoner van de Bijlmer: 'Ik was dat uitbundige niet gewend'
- ↑ NRC Marc Hijink 30 mei 2015 En toen lagen de gegevens van Hete Anita op straat
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be