vierhonderdenzeven

Nederlands

0	4	0	7

vierhonderdenzeven,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdenzeven    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈzevə(n) / (6 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'vierhonderdennegen': /ˌvirhɔndərtɛnˈzøvən/

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·ze·ven

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  zeven ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdenzeven

1. "407", langere vorm van vierhonderdzeven, vierhonderd plus zeven
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdenzeven euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdenzeven. 

Synoniemen

• vierhonderdzeven (deze kortere vorm wordt meer gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdenzevende

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdenzeven" ht als linkerdeel

• vierhonderdenzevenduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdenzeven' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.