vierhonderdentweeëntachtig

Nederlands

0	4	8	2

vierhonderdentweeëntachtig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdentweeëntachtig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈtwejənˌtɑxtəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·tweeën·tach·tig, vier·hon·derd·en·twee·en·tach·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  tweeëntachtig ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdentweeëntachtig

1. "482", langere vorm van vierhonderdtweeëntachtig, vierhonderd plus tweeëntachtig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdentweeëntachtig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdentweeëntachtig. 

Synoniemen

• vierhonderdtweeëntachtig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdentweeëntachtig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdentweeëntachtigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdentweeëntachtig" ht als linkerdeel

• vierhonderdentweeëntachtigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdentweeëntachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.