verkoopbaar
- Geluid: verkoopbaar (hulp, bestand)
- ver·koop·baar
- Naamwoord van handeling van verkopen met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | verkoopbaar | verkoopbaarder | verkoopbaarst |
verbogen | verkoopbare | verkoopbaardere | verkoopbaarste |
partitief | verkoopbaars | verkoopbaarders | - |
verkoopbaar
- geschikt om te verkopen
- Na een cosmetische opknapbeurt was het huis weer goed verkoopbaar.
- Het woord verkoopbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.