verbeuzelen
- Geluid: verbeuzelen (hulp, bestand)
- ver·beu·ze·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verbeuzelen |
verbeuzelde |
verbeuzeld |
zwak -d | volledig |
verbeuzelen
- overgankelijk aan onbeduidende zaken verspillen
- Hij verbeuzelde zijn tijd.
1. aan onbeduidende zaken verspillen
- Het woord verbeuzelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verbeuzelen" herkend door:
44 % | van de Nederlanders; |
63 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be