tweevormig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tweevormig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• twee·vor·mig

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van twee met het achtervoegsel -vormig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	tweevormig	tweevormiger	tweevormigst
verbogen	tweevormige	tweevormigere	tweevormigste
partitief	tweevormigs	tweevormigers	-

Bijvoeglijk naamwoord

tweevormig

1. voorkomend in twee verschijningsvormen

   • Bij zoogdieren bestaat er meestal een uitgesproken tweevormig er is nl een mannelijkevorm en een vrouwelijkevorm. 

Synoniemen

• dimorfie

Gangbaarheid

• Het woord 'tweevormig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.