tweehonderdenzeventien
0 | 2 | 1 | 7 |
tweehonderdenzeventien,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: tweehonderdenzeventien (hulp, bestand)
- IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈzevə(n)ˌtin / (7 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'tweehonderdennegentien': /ˌtwehɔndərtɛnˈzøvənˌtin/
- twee·hon·derd·en·ze·ven·tien
- samenstellende samenstelling van tweehonderd ht, en vw en zeventien ht
tweehonderdenzeventien
- "217", langere vorm van tweehonderdzeventien, tweehonderd plus zeventien
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft tweehonderdenzeventien euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdenzeventien.
- om een hoeveelheid aan te geven
- tweehonderdzeventien (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdenzeventien" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdenzeventien" ht als linkerdeel
- Het woord 'tweehonderdenzeventien' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)