tweehonderdenvijfenzestig

Nederlands

0	2	6	5

tweehonderdenvijfenzestig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  tweehonderdenvijfenzestig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈvɛifənˌsɛstəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• twee·hon·derd·en·vijf·en·zes·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  tweehonderd ht,   en vw  en  vijfenzestig ht 

Hoofdtelwoord

tweehonderdenvijfenzestig

1. "265", langere vorm van tweehonderdvijfenzestig, tweehonderd plus vijfenzestig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft tweehonderdenvijfenzestig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdenvijfenzestig. 

Synoniemen

• tweehonderdvijfenzestig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdenvijfenzestig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• tweehonderdenvijfenzestigste

hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdenvijfenzestig" ht als linkerdeel

• tweehonderdenvijfenzestigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'tweehonderdenvijfenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.