tweehonderdenvierenzestig
0 | 2 | 6 | 4 |
tweehonderdenvierenzestig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: tweehonderdenvierenzestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈvirənˌsɛstəx / (8 lettergrepen)
- twee·hon·derd·en·vier·en·zes·tig
tweehonderdenvierenzestig
- "264", langere vorm van tweehonderdvierenzestig, tweehonderd plus vierenzestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft tweehonderdenvierenzestig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdenvierenzestig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- tweehonderdvierenzestig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdenvierenzestig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdenvierenzestig" ht als linkerdeel
- Het woord 'tweehonderdenvierenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)