tweehonderdennegenenvijftig
0 | 2 | 5 | 9 |
tweehonderdennegenenvijftig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: tweehonderdennegenenvijftig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈneɣənənˌfɛiftəx / (9 lettergrepen)
- twee·hon·derd·en·ne·gen·en·vijf·tig
tweehonderdennegenenvijftig
- "259", langere vorm van tweehonderdnegenenvijftig, tweehonderd plus negenenvijftig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft tweehonderdennegenenvijftig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdennegenenvijftig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- tweehonderdnegenenvijftig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdennegenenvijftig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdennegenenvijftig" ht als linkerdeel
- Het woord 'tweehonderdennegenenvijftig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)