tweehonderdenachtenzeventig

Nederlands

0	2	7	8

tweehonderdenachtenzeventig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  tweehonderdenachtenzeventig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈɑxtənˌsevə(n)təx / (9 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'tweehonderdenachtennegentig': /ˌtwehɔndərtɛnˈɑxtənˌzøvəntəx/

Woordafbreking

• twee·hon·derd·en·acht·en·ze·ven·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  tweehonderd ht,   en vw  en  achtenzeventig ht 

Hoofdtelwoord

tweehonderdenachtenzeventig

1. "278", langere vorm van tweehonderdachtenzeventig, tweehonderd plus achtenzeventig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft tweehonderdenachtenzeventig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdenachtenzeventig. 

Synoniemen

• tweehonderdachtenzeventig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdenachtenzeventig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• tweehonderdenachtenzeventigste

hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdenachtenzeventig" ht als linkerdeel

• tweehonderdenachtenzeventigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'tweehonderdenachtenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.