trimeer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- tri·meer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trimeer | trimeren |
verkleinwoord | trimeertje | trimeertjes |
Zelfstandig naamwoord
trimeer
- (scheikunde) een chemische verbinding die uit 3 eenheden of monomeren bestaat.
Vertalingen
1. een chemische verbinding
Gangbaarheid
- Het woord 'trimeer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.