transformatorhuisje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • trans·for·ma·tor·huis·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord transformatorhuisje transformatorhuisjes

Zelfstandig naamwoord

transformatorhuisje o dim. tant.

  1. (elektrotechniek) een gebouwtje dat een of meer transformatoren herbergt om hoogspanning om te zetten naar laagspanning voor levering aan huishoudens en bedrijven
Synoniemen

Zelfstandig naamwoord

het transformatorhuisjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord transformatorhuis

Meer informatie