tranig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tranig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• tra·nig

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van traan met het achtervoegsel -ig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	tranig	traniger	tranigst
verbogen	tranige	tranigere	tranigste
partitief	tranigs	tranigers	-

Bijvoeglijk naamwoord

tranig

1. met een vieze smaak die lijkt op levertraan

   • Alles was heus niet beter in de jaren 60, 70 en 80, maar misschien wel veel leuker! In deze rubriek halen we bijzondere herinneringen op. Vandaag: de tranige smaak van levertraan.  
   • Maar afgezien van de hotdog van rookwortel (‘prima’) en de arretjescake (‘ouderwets lekker’) kunnen de gerechten Versprille alles behalve bekoren. ‘De makreel blijkt halfrauw en oneetbaar tranig. De ongare, smaakloze krieltjes zijn er maar een beetje bijgepleurd, de kruidenpasta is oud en onderop liggen fliebers tot snot gekookte, bittere groente’, is bijvoorbeeld het oordeel over het gerecht Liza's Vurige Visje.  
   • "En weer slepen de bobo's op de onvermijdelijke haringparty's deze heerlijke haringen weer dik door de uien. Omdat ze denken dat dit zo hoort....Ze houden dus niet van nieuwe haring, want uien werden vroeger pas gebruikt als de haringen wat ouder en daardoor wat traniger werden.  

Gangbaarheid

• Het woord tranig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tranig" herkend door:

62 %	van de Nederlanders;
68 %	van de Vlamingen.