Nederlands

 
tracheotomie
Uitspraak
Woordafbreking
  • tra·cheo·to·mie
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Grieks
enkelvoud meervoud
naamwoord tracheotomie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tracheotomiev

  1. (medisch) het opensnijden van de luchtpijp als normaal ademen niet lukt
     De nieuwere littekens komen volgens de lijkschouwers overeen met de sporen van medisch ingrijpen, zoals het aanleggen van een infuus en het uitvoeren van een tracheotomie. Over toegetakelde tanden wordt met geen woord gesproken.[1]
     Glass twijfelde geen moment en vroeg of de vrienden een scherp mes konden vinden. Ze had ooit gelezen over een zogenoemde tracheotomie, waarbij de luchtpijp van buitenaf wordt opengesneden als normaal ademen niet lukt.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Samuel Bom
    “Ouders ontvoerde Otto: Gruwelijk gemarteld door Noord-Korea” (27-09-2017), Tubantia
  2.   Weblink bron
    Leon van Wijk
    “Vrouw redt leven van stikkende vriend door stanleymes in zijn keel te zetten” (10-03-2018), Tubantia