Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • top·groep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord topgroep topgroepen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de topgroepv / m

  1. een verzameling bestaande uit de besten
    • Het is niet voor het eerst dat de naam van de Zeeuwse topgroep opduikt bij het Songfestival. Bijna had Bløf meegedaan aan het Nationaal Songfestival met het nummer ‘Mijn Hart Kan Dat Niet Aan’, dat geschreven was door Huub van der Lubbe, zanger van De Dijk. Alles was geregeld, ingezongen en geselecteerd toen de platenmaatschappij de Zeeuwse band op het laat-ste moment verbood om aan de nationale finale mee te doen, mede omdat de carriere van de groep in een stroomversnelling kwam. In maart 1998 werd de single Liefs Uit Londen de eerste hit voor de band. [1] 
    • Wouda, die Maarten van der Weijden bij de Spelen van 2008 naar de olympisch titel begeleidde, werkte in Eindhoven ook al enige tijd met een topsportgroep. Deze zwemmers waren wel van minder niveau dan de groep van Verhaeren. 'Ik wilde me eigenlijk ook gaan specialiseren op de lange afstanden en op die manier ook een topgroep neerzetten. Toen kreeg ik deze kans en dat is eigenlijk een versnelling van wat ik wilde.' [2] 
    • Nederland zit nog steeds niet in de topgroep met de 'innovatieleiders' Zweden, Denemarken, Duitsland en Finland. De commissie ziet Nederland als 'innovatievolger', samen met negen andere EU-lidstaten zoals België en Groot-Brittannië. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen