testmogelijkheid
- test·mo·ge·lijk·heid
- Samenstelling van test zn en mogelijkheid zn met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | testmogelijkheid | testmogelijkheden |
verkleinwoord | testmogelijkheidje | testmogelijkheidjes |
de testmogelijkheid v
- een kans om iets te toetsen
- Voor de Nederlanders was het een laatste testmogelijkheid voor de nationale kampioenschappen, die komend weekeinde in Leiden worden gehouden. [1]
1. een kans om iets te toetsen
- Het woord 'testmogelijkheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Trouw, krant van maandag 6 juli 1987 (45ste jaargang, nr. 13111), pagina 10, Sport & Spel, Marjan Olijslager is weer op weg terug na blessure; gehaald via Delpher/kranten(geraadpleegd 2020-02-01)