tastorgaan
- Geluid: tastorgaan (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtɑstɔrˌɣan / (3 lettergrepen)
- tast·or·gaan
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tastorgaan | tastorganen |
verkleinwoord | tastorgaantje | tastorgaantjes |
het tastorgaan o
- (biologie) lichaamsdeel waarmee een levend wezen zijn omgeving door aanrakingen kan waarnemen
- Het woord tastorgaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Bianca Boer“De lijn” (19 september 2008) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron “Stermol” (22 september 2006) op nrc.nl