taro
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ta·ro
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | taro | taro's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
taro
- (bloemplanten) Colocasia esculenta een plant uit de aronskelkfamilie (Araceae ). Het is een tot 2 m hoge overblijvende plant met een knolvormige, rechtopstaande wortelstok die aan de bovenzijde bedekt is met ringvormige bladlittekens. Meestal steken alleen de bladeren boven de grond of het water uit. De taro wordt gekweekt op drassige akkers. De soort komt wild of verwilderd voor in sloten en aan waterkanten
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'taro' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] taro op Wikidata
Frans
Uitspraak
Zelfstandig naamwoord
taro m
- (spreektaal) tarief, prijs
- «Dix euros, c’est le taro pour la place de ciné.»
- Tien euro, da's de prijs van een bioscoopkaartje. [1]
- «Dix euros, c’est le taro pour la place de ciné.»