taalteken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- taal·te·ken
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | taalteken | taaltekens |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het taalteken o
- (taalkunde) een betekenisdragend element van een taal
- ▸ Er is een karrenspoor achtergelaten in de modder. Het aanwezige spoor vertegenwoordigt iets wat afwezig is. Wie het spoor volgt, zal uiteindelijk bij de kar zelf uitkomen. Is de taal ook zo’n spoor van iets wat zelf afwezig is? Stelt het taalteken het object voor in zijn afwezigheid?[2]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord taalteken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Drs. Jacob Kruidenier“Inleiding in de taalfilosofie” (20-11-2002), Reformatorisch Dagblad