• stun·te·laar
enkelvoud meervoud
naamwoord stuntelaar stuntelaars
verkleinwoord

de stuntelaarm

  1. iemand die onhandig is; iemand die stuntelt
     Hè hè, eindelijk Bridget Jones in trouwjurk. Daar leek het in ieder geval op, toen woensdag de eerste trailer van de derde bioscoopfilm rond de calorietellende en wijndrinkende stuntelaar werd vrijgegeven.[1]


  1.   Weblink bron “Gaat stuntel Bridget Jones nu toch eindelijk trouwen?” (11 jan. 2017), Tubantia