stresssyndroom
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stresssyndroom (hulp, bestand)
- IPA: / ˈstrɛsɪnˌdrom / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- stress·syn·droom
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stress zn en syndroom zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stresssyndroom | stresssyndromen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het stresssyndroom o
- (psychologie) stoornis als gevolg van heftige of langdurige geestelijke belasting
- Iemand die wordt opgehangen, zal waarschijnlijk heel veel stress hebben. Maar er zal toch niemand op het idee komen dat iemand die wordt opgehangen, overlijdt aan een stresssyndroom. [1]
- (medisch) ziektebeeld door voortdurende, te grote belasting van een bepaald lichaamsdeel
- Shin splints ofwel het mediaal tibiaal stresssyndroom (MTSS) is een hardnekkige aandoening die vaak wordt gezien bij sporters die veel hardlopen. [2]
Synoniemen
- [1] stressstoornis
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord stresssyndroom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Nagtegaal, B.‘Acuut stresssyndroom bestaat niet’ (15 december 2017) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-09-30
- ↑ Nugteren, K. van & D. WinkelOnderzoek en behandeling van spieraandoeningen en kuitpijn (2008) Bohn Stafleu van Loghem, Houten; ISBN 9789031352043; P. 38; geraadpleegd 2019-09-30