[2] haarhamer, haarspit en strekel
 
[2] zeis met strekel scherpen
  • stre·kel
enkelvoud meervoud
naamwoord strekel strekels
verkleinwoord

de strekelm

  1. een lat waarmee een maatbeker langs de bovenrand wordt gladgestreken om de exacte hoeveelheid van de maatbeker af te passen
    • De strijkstok (‘strekel’, ‘strikel’) is een lat waarmee maatbekers van boven worden gladgestreken om de exacte hoeveelheid af te passen, van bijvoorbeeld graan. Door manipulatie kan degene die hem hanteert zich iets van het product toe-eigenen. Een vorm van kruimeldiefstal. Zo werden Van Veenendaal’s declaraties vervolgens ook geframed. [2] 
  2. gereedschap waarmee men een zeis scherp kan houden
23 % van de Nederlanders;
21 % van de Vlamingen.[3]