strekel
- stre·kel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | strekel | strekels |
verkleinwoord |
de strekel m
- een lat waarmee een maatbeker langs de bovenrand wordt gladgestreken om de exacte hoeveelheid van de maatbeker af te passen
- De strijkstok (‘strekel’, ‘strikel’) is een lat waarmee maatbekers van boven worden gladgestreken om de exacte hoeveelheid af te passen, van bijvoorbeeld graan. Door manipulatie kan degene die hem hanteert zich iets van het product toe-eigenen. Een vorm van kruimeldiefstal. Zo werden Van Veenendaal’s declaraties vervolgens ook geframed. [2]
- gereedschap waarmee men een zeis scherp kan houden
- [1] strijkstok, strijkhout
- Het woord strekel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "strekel" herkend door:
23 % | van de Nederlanders; |
21 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Jan Kuitenbrouwer 12 september 2013 Gevangen in het frame
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be