straatgevecht
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- straat·ge·vecht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van straat en gevecht [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | straatgevecht | straatgevechten |
verkleinwoord | straatgevechtje | straatgevechtjes |
Zelfstandig naamwoord
het straatgevecht o
- gevechten op de openbare weg meestal tussen oproerkraaiers en het bevoegd gezag maar soms ook tussen verschillende groepen oproerkraaiers
- Tijdens de straatgevechten bij de kroning van koningin Beatrix in Amsterdam zijn gelukkig geen doden gevallen.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord straatgevecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "straatgevecht" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be